Gezondheidseffecten
Voedingsvezels zijn belangrijk voor een goede darmwerking. Volgens de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) zijn er aanwijzingen dat voedingsvezels het risico op darmkanker verkleinen. Sommige vezels, zoals die in haver (bètaglucanen), helpen mee een normaal cholesterolgehalte in het bloed in stand te houden. Ook vermindert de consumptie van bepaalde vezels uit haver en gerst (bètaglucanen) de bloedsuikerstijging na de maaltijd.
Een tekort aan voedingsvezels kan darmproblemen veroorzaken, zoals een te trage stoelgang, obstipatie en aambeien of divertikels (uitstulpingen van de dikkedarmwand). Het is aan te raden terughoudend te zijn met voedingsvezelpreparaten: gebruik ze alleen in overleg met een arts of diëtist.
In dierlijke producten zit van nature geen voedingsvezel. Soms worden wel vezels toegevoegd, denk bijvoorbeeld aan yoghurt verrijkt met voedingsvezels. Ook komt het voor dat witbrood, dat van nature minder vezels bevat dan volkorenbrood, wordt verrijkt met geïsoleerde vezels (zie ‘soorten vezels’). Daardoor kan het vezelgehalte van deze soorten nagenoeg gelijk zijn aan volkorenbrood. Dit vezelverrijkte witbrood is een goed alternatief voor kinderen of volwassenen die witbrood verkiezen boven het grovere volkorenbrood.