Wat is het verschil tussen 'bron van vezels' en 'rijk aan vezels'?

Deze twee termen zijn strikt gereguleerd door de Europese regelgeving met betrekking tot voeding. Om te mogen zeggen dat een bepaald product een 'bron van vezels' is (of om een gelijkwaardige formulering te mogen gebruiken die verwijst naar de aanwezigheid van vezels), moet het voedingsmiddel minimaal 3 g vezels per 100 g bevatten (ofwel 1,5 g per 100 kcal).

Een voedingsmiddel dat 'rijk is aan vezels' moet tenminste het dubbele leveren: 6 gram vezels per 100 g (of 3 g per 100 kcal). Brood levert heel wat voedingsvezels, afhankelijk van het type. Bruin brood, boerenbrood en meergranenbrood bijvoorbeeld bevatten minstens 3 g vezels per 100 g en zijn dus een 'bron van vezels'. Meestal bevatten volkorenbrood, roggebrood en wit brood dat verrijkt is met vezels, 6 g vezels per 100 g en zijn daarmee 'rijk aan vezels'.

Bron: VERORDENING (EG) Nr. 1924/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 december 2006